Eindelijk zit ik hier! De zon schijnt door de grote ramen op mijn gezicht. Mijn blik richt zich op het uitzicht, de groene heuvels in de verte, de koeien die langzaam mijn blikveld in wandelen, grazend. Een vervelende zoem vlieg maakt vanaf het raam rondvluchten om mijn hoofd. Op tafel ligt versie ik-weet-niet-hoeveel van mijn boek. Tekenspullen, naslagboeken over schrijven en Omdenken. Een krantenartikel van 15 maart 2019 met een interview met Manon Uphoff over haar nieuwste boek. “Woorden vinden voor wat kronkelt, gist en kolkt.” Het nodigt me allemaal uit om ruimte te nemen voor het creatieve proces.
Met schuldgevoel dat aan me knaagt. Want er is altijd iets anders te doen op ons mooie terrein. Er is onderhoudswerk, advertenties moeten worden doorgegeven. Het restaurant moet zijn laatste sopje krijgen en worden afgesloten. Ik moet alle informatiemappen nakijken, de website updaten, nieuw gras inzaaien, gesnoeide takken ruimen, de eerste reserveringen bevestigen, offertes aanvragen. enzovoort, enzovoort.
Met twijfel dat me weerhoudt. Kan ik dit wel? Ik heb de laatste versie van mijn boek gelezen. Ik zie waar het goed loopt, maar vooral ook waar niet. Wat doe ik daar aan? Hoe breng ik over wat ik de lezer wil vertellen? Weet ik dat wel? Kan ik dat? Of loop ik onherroepelijk vast? En besluit ik om er niet meer aan te werken? En de delen die wel af zijn? Is dat dan niet de moeite waard om wereldkundig te maken?
Ik dwing mezelf te gaan zitten en te doen. Met voldoening die me vooruit stuwt. Want oh wat levert dit me veel op! Het vult me helemaal, dit hier mogen zitten en typen. Achter deze tafel zitten en vragend naar buiten kijken. Over het heuvel landschap turen en de lucht zien die altijd anders is. Tegen schuldgevoel en twijfel zeggen dat ze alle recht hebben er te zijn, maar mij niet het recht kunnen ontnemen dit te doen. En dan woorden aan papier toevertrouwen. Ook al lijken ze zinloos, overdreven of gekunsteld. Ze borrelen naar buiten, als vanzelf, zo lijkt het.
Waarom ben ik hier niet eerder gaan zitten? Waarom had ik elke keer een excuus om het niet te doen? Ik weet wat het me oplevert, hoe het me voedt. Ik weet ook dat er geen ruimte was, in mij, om mij. Ik werd gevuld door adrenaline. Ik moest op vakantie. Proberen rust te vinden en te ontspannen. En dus heb ik aan uitstel gedaan.
“Je moet een balans vinden tussen wat er moet en wat je nodig hebt.” Zo appt mijn broer me vanuit Portugal. Al te vaak roept dat wat moet, harder. Die heeft gewoon overwicht. Maar dat wat ik nodig heb, wint elke keer als ik hier ga zitten, aan kracht. Het is ‘self-fulfilling’, want als ik ruimte neem voor wat ik nodig heb, dan dan haal ik daar meer voldoening uit dan als iets alleen maar moet. En het helpt ook meer voldoening te halen uit dat wat alleen maar moet. De kunst is wellicht om dat wat ik nodig heb wat meer te ervaren als moeten.
Lezen
Mijn boeken zijn meer
dan gebundeld papier
zoveel meer
dan een paar glazen inkt
op dood hout
het zijn stemmen
die nimmer
de stilte doorbreken
ruisende werelden,
plaatsen van rust
het zijn bomen
die weer zijn begonnen
te spreken
Ingmar Heytze
Uit: Alleen mijn kat applaudisseert
Stichting Lift, Amsterdam 1989
Blijf schrijven Floor
Groeten
Ad de Leeuw
Lieve ad dat doe ik zeker!